AANKONDIGING VAN EEN OPDRACHT
Uittreksel uit de officiële tekst. Gelieve de volledige officiële tekst in bijlage te raadplegen.
AFDELING I. AANBESTEDENDE DIENST
VZW Arteveldehogeschool
Hoogpoort 15, BE-9000 Gent
Contact: Copers Olivier
E-mail: overheidsopdrachten@arteveldehs.be
Internet adres(sen): www.arteveldehs.be
AFDELING II.VOORWERP VAN DE OPDRACHT
II.1. BESCHRIJVING
II.1.1. Door de aanbestedende dienst aan de opdracht gegeven benaming:
Afbraakwerken campus Sint-Amandsberg van de Arteveldehogeschool VZW
II.1.2. Type opdracht en plaats van uitvoering van de werken, levering van de goederen of verlening van de diensten:
Type opdracht: Werken.
II.1.5. Korte beschrijving van de opdracht of de aankoop/aankopen:
Deze opdracht voor aanneming van werken (in de zin van artikel 3 van de Wet Overheidsopdrachten) betreft een overeenkomst (resultaatsverbintenis) voor de ontmantelingswerken van campus Sint-Amandsberg voor de Arteveldehogeschool VZW. De uitvoering van de opdracht gebeurt op het volgende adres: J. Gerardstraat 18 - 9040 Sint-Amandsberg.
II.1.8. Verdeling in percelen: Neen.
AFDELING III. JURIDISCHE, ECONOMISCHE, FINANCIËLE EN TECHNISCHE INLICHTINGEN
VOORWAARDEN VOOR DEELNEMING
III.2.1. Persoonlijke situatie van ondernemers:
Artikel 61 van het KB Plaatsing is van toepassing:
§1: Overeenkomstig artikel 20 van de wet wordt in elk stadium van de gunningsprocedure uitgesloten van de toegang ertoe, de kandidaat of inschrijver die bij rechterlijke beslissing die in kracht van gewijsde is gegaan en waarvan de aanbestedende overheid kennis heeft, veroordeeld is voor:
1. deelname aan een criminele organisatie als bedoeld in artikel 324bis van het Strafwetboek;
2. omkoping als bedoeld in artikel 246 en 250 van het Strafwetboek;
3. fraude als bedoeld in artikel 1 van de overeenkomst aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschap, goedgekeurd door de wet van 17 februari 2002;
4. witwassen van geld als bedoeld in artikel 3 van de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financieel stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme.
§2: Overeenkomstig artikel 20 van de wet kan in elk stadium van de gunningsprocedure worden uitgesloten van de toegang ertoe, de kandidaat of inschrijver die:
1. in staat van faillissement of van vereffening verkeert, die zijn werkzaamheden heeft gestaakt, die een gerechtelijke reorganisatie ondergaat, of die in een vergelijkbare toestand verkeert als gevolg van een gelijkaardige procedure die bestaat in andere nationale reglementeringen;
2. aangifte heeft gedaan van zijn faillissement, voor wie een procedure van vereffening aanhangig is, die een gerechtelijke reorganisatie ondergaat, of die het voorwerp is van een gelijkaardige procedure bestaande in andere nationale reglementeringen;
3. bij rechterlijke beslissing die in kracht van gewijsde is gegaan, veroordeeld is geweest voor een misdrijf dat zijn professionele integriteit aantast;
4. bij zijn beroepsuitoefening een ernstige fout heeft begaan;
5. niet voldaan heeft aan zijn verplichtingen inzake betaling van zijn sociale zekerheidsbijdragen, overeenkomstig de bepalingen van artikel 62;
6. niet in orde is met de betaling van zijn belastingen volgens de Belgische wetgeving of die van het land waar hij gevestigd is, overeenkomstig de bepalingen van artikel 63;
7. zich in ernstige mate heeft schuldig gemaakt aan het afleggen van valse verklaringen bij het verstrekken van inlichtingen, opeisbaar bij toepassing van dit hoofdstuk, of die deze inlichtingen niet heeft verstrekt.
Het loutere feit van de indiening van de offerte vanwege de inschrijver vormt zijn impliciete verklaring op erewoord dat hij zich niet in één van de uitsluitingsgevallen bevindt als bedoeld in §1 en §2 van artikel 61 van het KB van 15 juli 2011.
Deze impliciete verklaring op erewoord heeft weliswaar niet tot gevolg dat er geen enkele controle op het vlak van de uitsluitingsgronden meer zou gebeuren door de aanbestedende overheid, alvorens de gunningsbeslissing te nemen.
De inschrijver voegt bij zijn offerte de volgende bewijzen:
· Inzake de fiscale verplichtingen:
De inschrijver voegt een attest bij de offerte waaruit blijkt dat voldaan is aan de fiscale verplichtingen (personen- of vennootschapsbelasting en BTW-verplichtingen) overeenkomstig de
wettelijke bepalingen van het land van vestiging. Het attest betreft de fiscale toestand vóór de uiterste indieningsdatum van de offerte (artikel 63 van het KB Plaatsing). Voor een Belgische inschrijver controleert de aanbestedende overheid zelf de naleving van de fiscale verplichtingen ten opzichte van de FOD Financiën, en is dus het bijvoegen van dit attest niet vereist.
· Inzake de verplichtingen "sociale zekerheid":
1. voegt de inschrijver die personeel tewerkstelt dat niet onderworpen is aan de Belgische wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de sociale zekerheid der arbeiders, een attest bij zijn offerte van de bevoegde overheid, waarin bevestigd wordt dat hij volgens de rekening die ten laatste de uiterste indieningsdatum van de offerte is opgemaakt, op die datum voldaan heeft aan de voorschriften inzake betaling van de bijdragen voor sociale zekerheid overeenkomstig de wettelijke bepalingen van het land waar hij gevestigd is (artikel 62, §2 van het KB Plaatsing).
2. voor de inschrijvers die personeel tewerkstellen dat onderworpen is aan de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de sociale zekerheid der arbeiders, betreft dit het attest bedoeld in artikel 62, §1 van het KB Plaatsing. Dit attest moet niet bij de offerte worden gevoegd omdat het door de aanbestedende overheid zelf wordt opgevraagd.
Indien de inschrijver zowel door 1) als 2) beoogd personeel tewerkstelt, zijn de beide bepalingen toepasselijk.
Het attest van niet-faillissement wordt door de aanbestedende overheid via elektronische weg opgevraagd, dit conform artikel 60, §1 van het KB Plaatsing.
De overige documenten worden opgevraagd bij de inschrijver, meer bepaald:
- voor wat betreft artikel 61, §1 en §2, 3° KB Plaatsing: de inschrijver dient een uittreksel uit het strafregister of een evenwaardig document uitgereikt door een gerechtelijke of overheidsinstantie van het land van oorsprong of herkomst en waaruit blijkt dat aan de gestelde eisen is voldaan, toe te voegen aan zijn offerte. Dit uittreksel is maximaal 3 maand oud voor de uiterlijke datum van indiening.
- voor wat betreft artikel 61, §2, 4° en 7° KB Plaatsing: elk middel dat de aanbestedende overheid aannemelijk kan maken dient door de inschrijver te worden toegevoegd aan zijn offerte.
Artikel 64 van het KB Plaatsing is van toepassing: door in te schrijven op deze opdracht, verklaart de inschrijver zich niet in een toestand van onverenigbaarheid te bevinden, zoals bedoeld in dit artikel.
Artikel 20, §1/1 van de Wet Overheidsopdrachten is van toepassing: behalve om dwingende redenen van algemeen belang wordt in elk stadium van de gunningsprocedure uitgesloten van de toegang ertoe, de inschrijver van wie is vastgesteld dat hij als werkgever illegaal verblijvende onderdanen van derde landen heeft tewerkgesteld als bedoeld in de wet van 11 februari 2013 tot vaststelling van sancties en maatregelen voor werkgevers van illegaal verblijvende onderdanen van derde landen. Deze bepaling geldt op dezelfde manier ten aanzien van de entiteit waarop de inschrijver een beroep doet, wanneer de draagkracht van die entiteit bepalend is geweest voor de selectie van de inschrijver. De uitsluiting van deelname aan overheidsopdrachten geldt voor ten hoogste vijf jaar.
III.2.2. Economische en financiële draagkracht:
Om de aanbestedende overheid toe te laten de financiële en economische draagkracht van de inschrijvers te evalueren, wordt een verklaring gevraagd betreffende de omzet van de onderneming
van de bedrijfsactiviteit die het voorwerp van de opdracht is, over de laatste drie beschikbare boekjaren, afhankelijk van de oprichtingsdatum of van de datum waarop de inschrijver met zijn activiteit is begonnen, voor zover de betrokken omzetcijfers beschikbaar zijn. De omzetverklaring, opgesteld overeenkomstig het model bepaald in deel VI van onderhavig bestek, dient bij de offerte te worden gevoegd.
III.2.3. Vakbekwaamheid:
De werken die het voorwerp zijn van de aanneming waarop dit bestek van toepassing is, worden gerangschikt in de ondercategorie G5 afbraakwerken (artikel 4 van het Erk. KB). De offerte dient te vermelden dat de inschrijver over de vereiste erkenning beschikt. Het erkenningsnummer dient
door de inschrijver in de offerte te worden opgegeven, met vermelding van (onder)categorie en klasse.
De vereiste erkenningsklasse is klasse 1 (Erk. KB art. 3, §2 en Erk. KB art. 3, §3), dit op basis van de raming die de aanbestedende overheid maakt van het uit te voeren werk.
Klasse: 1, Categorie: G5 Afbraakwerken
AFDELING IV. PROCEDURE
IV.1. TYPE PROCEDURE:
Versnelde onderhandelingsprocedure. Motivering voor het gebruik van een versnelde procedure: Vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met bekendmaking. Het geraamde bedrag van de opdracht zonder belasting over de toegevoegde waarde bereikt de door de Koning bepaalde drempelbedragen niet.
IV.2. GUNNINGSCRITERIA:
Laagste prijs.
IV.3. ADMINISTRATIEVE INLICHTINGEN
IV.3.3. Voorwaarden voor de verkrijging van bestekken en aanvullende documenten of een beschrijvend document
Termijn voor ontvangst van aanvragen voor documenten of voor toegang tot documenten: 06/07/2017 - 14:00
IV.3.4. Termijn voor ontvangst van inschrijvingen of deelnemingsaanvragen:
13/07/2017 - 14:00
AFDELING VI: AANVULLENDE INLICHTINGEN
VI.3. NADERE INLICHTINGEN
De opdrachtdocumenten kan men op aanvraag bekomen via overheidsopdrachten@arteveldehs.be.
VI.5. DATUM VAN VERZENDING VAN DEZE AANKONDIGING: 21/06/2017