West-vlaamse Intercommunale

Archeologische opgraving - Diksmuide Bedrijventerrein IJzer Noord.


AANKONDIGING VAN EEN OPDRACHT
Uittreksel uit de officiële tekst. Gelieve de volledige officiële tekst in bijlage te raadplegen.
AFDELING I. AANBESTEDENDE DIENST
West-Vlaamse Intercommunale
Baron Ruzettelaan 35, BE-8310 Assebroek
Contact: Taveirne Bart André
Tel: +32 50367171 E-mail: btaveirne@wvi.be
Internet adres(sen): www.wvi.be
AFDELING II.VOORWERP VAN DE OPDRACHT
II.1. BESCHRIJVING
II.1.1. Door de aanbestedende dienst aan de opdracht gegeven benaming:
Archeologische opgraving - Diksmuide Bedrijventerrein IJzer Noord
II.1.2. Type opdracht en plaats van uitvoering van de werken, levering van de goederen of verlening van de diensten:
Type opdracht: Diensten.
Belangrijkste plaats van dienstverlening: Diksmuide Kaaskerkestraat
II.1.5. Korte beschrijving van de opdracht of de aankoop/aankopen:
In april 2015 werd door Gate BVBA een historisch onderzoek en een archeologische prospectie met ingreep in de bodem uitgevoerd op de locatie van het toekomstige bedrijventerrein IJzer-Noord, in opdracht van de West-Vlaamse Intercommunale. De totale oppervlakte van het plangebied bedraagt 5,5 hectare.
Tijdens de prospectie werden hoofdzakelijk archeologische sporen en structuren gevonden uit de Eerste Wereldoorlog. Het gaat hierbij om loopgravensystemen van 1914 tot 1918, (uitgewerkte) bomkraters, geschuts-posten en een grafkuil met de stoffelijke resten van gesneuvelde soldaten. Het betreft hoofdzakelijk Belgische maar ook Franse structuren.
Opmerkelijk is de diepte van de structuren. Omwille van de situering in de IJzervallei werd verwacht dat de structuren niet of nauwelijks ingegraven zouden zijn, maar toch bleek dat verschillende van de loopgrachten meer dan een meter onder het maaiveld werden aangelegd. De ondergrond bestaat dan ook uit zandige geulsedimenten, waardoor het gebied ondanks zijn lage ligging relatief goed ontwaterd is.
De opgraving heeft betrekking op drie kernzones die zijn aangeduid op het plan in bijlage.
- Zone 1 heeft een oppervlakte van ca. 1.500m² en omvat onder meer de locatie van minstens drie gesneuvelde soldaten. Wellicht zijn de lichamen te relateren aan de nabijgelegen loopgravenstructuur of schuilplaats die duidelijk op luchtfoto's is waar te nemen;
- Zone 2 meet 4.700m² en is centraal in het plangebied gesitueerd. Deze zone omvat het snijpunt van twee linies en een minstens twee geschutsopstellingen;
- Zone 3 meet 6.280m² en is gesitueerd in het uiterste noordoosten. Deze zone omvat onder meer een deel van de hoofdlinie, de aanzet van de verbindingsloopgracht en een geschutsopstelling van loop-graafmortieren.
De grenzen van de aangeduide zones zijn geen harde grenzen. Het is mogelijk en toegelaten dat sporen worden gevolgd die zich uitstrekken buiten de aangeduide zones.
De drie zones meten samen ca. 12.500m². Het totaal op te graven oppervlak wordt evenwel tot maximaal 15.000m² gebracht: afhankelijk van de resultaten en inzichten kan bijkomend 2.500m² ingezet worden op structuren die zich buiten de aangeduide zones bevinden. Zo kan het wenselijk zijn om een bijkomend opgravingsvlak aan te leggen op de cluster van geschutsopstellingen in de zuidwestelijke hoek. De beslissing over het hoe en waar de resterende vierkante meters worden ingezet wordt genomen in overleg met de bouwheer en met Onroerend Erfgoed, na afronding de hoger vermelde drie zones.
De belangrijkste doelstelling van het onderzoek is het verkrijgen van inzicht in de chronologische evolutie van de aanvals- en verdedigingsstructuren en in de materiële neerslag van de het leven in de loopgrachten uit de Eerste Wereldoorlog; de aanwezige lichamen van gesneuvelden en de archeologisch verantwoorde berging vormen hierin een belangrijk onderdeel. Er wordt maximale zorg besteed aan elementen die tot identificatie kunnen leiden (bijgiften, pathologie, context). Tevens wordt bijzondere aandacht besteed aan de ruimtelijke context waarin de soldaten sneuvelden.
Een grondige lezing van het prospectierapport van Gate is noodzakelijk voor een goede inschatting van deze opdracht.
Naast het afleveren van de rapportage zoals beschreven in de bijzondere voorwaarden dient er eveneens op vraag van de opdrachtgever een nota te worden opgemaakt in dit contract door een erkende archeoloog die vervolgens bekrachtigd moet worden door het agentschap Onroerend Erfgoed als archeologienota. De inschrijver zorgt voor het laten bekrachtigen van deze nota. De archeologienota moet aldus voldoen aan de meest recente bepalingen van het Onroerend erfgoeddecreet.
II.1.8. Verdeling in percelen: Neen.
II.2. HOEVEELHEDEN OF OMVANG VAN DE OPDRACHT
AFDELING III. JURIDISCHE, ECONOMISCHE, FINANCIËLE EN TECHNISCHE INLICHTINGEN
VOORWAARDEN VOOR DEELNEMING
III.2.1. Persoonlijke situatie van ondernemers:
Zie bestek
III.2.2. Economische en financiële draagkracht:
Zie bestek
III.2.3. Vakbekwaamheid:
De inschrijver dient als erkend archeoloog geregistreerd te zijn bij het Agentschap Onroerend Erfgoed.
De inschrijver dient tevens; op straffe van nietigheid, in de inschrijving het bewijs te leveren van volgende expertise:
? één archeoloog-projectleider (vergunninghouder). Hij/zij:
o dient houder te zijn van een diploma zoals omschreven in het archeologiebesluit (artikel 12, 1°);
o beschikt over minstens 240 werkdagen opgravingservaring, aangetoond via CV, waarvan minstens;
o 160 werkdagen op wereldoorlog 1-opgravingen (frontstreek)
? twee archeoloog-assistenten. Hij/zij;
o dient houder te zijn van een diploma zoals omschreven in het archeologiebesluit (artikel 12, 1°);
o beschikt over minstens 120 werkdagen opgravingservaring, aangetoond via CV, waarvan minstens;
o 100 werkdagen op wereldoorlog1-opgravingen (frontstreek)
? twee archeoloog-assistenten. Hij/zij;
o dient houder te zijn van een diploma zoals omschreven in het archeologiebesluit (artikel 12, 1°);
o beschikt over minstens 120 werkdagen opgravingservaring, aangetoond via CV.
waarvan minstens;
o 60 werkdagen op wereldoorlog1-opgravingen (frontstreek)
Minstens twee van bovenstaande personen hebben aantoonbare ervaring met het opgraven van menselijke resten.
Voor de opgraving van de westelijke zone wordt bovendien een fysisch antropoloog geïntegreerd, met aantoonbare ervaring en kennis van archeologische opgravingen, inclusief het veldwerk. Dit kan worden aangetoond met cv, rapporten en publicaties. Hij/zij
o coördineert de opgraving van stoffelijke overschotten en is verantwoordelijk voor de registratie zoals hoger omschreven;
o formuleert de conclusies in het basisrapport met betrekking tot het skeletmateriaal, in samenspraak met de vergunninghoudende archeoloog en geïntegreerd in het archeologisch luik.
Voor de rapportage worden minstens de archeoloog-projectleider en de archeoloog-assistent ingezet.
AFDELING IV. PROCEDURE
IV.1. TYPE PROCEDURE:
Openbaar.
IV.2. GUNNINGSCRITERIA:
Economisch meest voordelige inschrijving, gelet op de in het bestek, in de uitnodiging tot inschrijving of tot onderhandeling of de in het beschrijvende document vermelde criteria.
IV.3. ADMINISTRATIEVE INLICHTINGEN
IV.3.3. Voorwaarden voor de verkrijging van bestekken en aanvullende documenten of een beschrijvend document
Termijn voor ontvangst van aanvragen voor documenten of voor toegang tot documenten: 15/04/2016 - 10:00
Tegen betaling verkrijgbare documenten: Ja.
Prijs: 30.25 EUR.
Betalingstermijnen en -methode: Het dossier kan worden gedownload van de ftp-server van WVI met de over te maken link na ontvangst van de betaling en mits vermelding van:
- het btw-nummer van de aanvrager
- de titel van het project
- het mailadres waarop de link voor download kan worden toegezonden.
Gegevens rekeningnummer WVI:
IBAN BE82 0910 0065 3868
BIC GKCCBEBB
IV.3.4. Termijn voor ontvangst van inschrijvingen of deelnemingsaanvragen: 20/04/2016 - 11:00
IV.3.8. Omstandigheden waarin de inschrijvingen worden geopend:
Datum: 20/04/2016 - 11:00
Plaats: Burelen WVI, Baron Ruzettelaan 35, 8310 - Brugge
Personen die de opening van de offertes mogen bijwonen: open offerteaanvraag
AFDELING VI: AANVULLENDE INLICHTINGEN
VI.5. DATUM VAN VERZENDING VAN DEZE AANKONDIGING: 09/03/2016

Annonces similaires du BDA :